Het beroep van verpleegkundige is een beschermd beroep. Dit betekent dat je niet zomaar het beroep kan uitoefenen. Alleen wie aan bepaalde voorwaarden voldoet mag dit beroep uitoefenen. Deze voorwaarden zijn zijn bepaald door de Belgische en Europese wetgeving.
Meer uitleg en informatie vindt je op deze link van het FOD.
Verpleegkundigen zijn ook gebonden aan een deontolgische code.
Deontologische code voor alle verpleegkundigen in België
De deontologische code voor verpleegkundigen in België dient als leidraad voor de verpleegkundige praktijk. De code beschrijft de waarden en basisprincipes die de verpleegkundigen willen hanteren om een kwaliteitszorg te bieden die beantwoordt aan de nationale en internationale normen voor de verpleegkundige praktijk.
Algemeen schrijft de code voor dat de verpleegkunde ten dienste staat van de mens en mensheid. Iedereen heeft recht op verpleegkundige zorg, ongeacht zijn leeftijd, geslacht, afkomst, godsdienstige en politieke overtuiging, en zijn fysieke, psychische of sociale situatie.
De verpleegkundige wil de veranderingen in onze snel evoluerende maatschappij en de nieuwe inzichten in de gezondheidswetenschappen integreren in de beroepspraktijk.
De verpleegkundige werkt in het belang van de patiënt samen met collega-verpleegkundigen en andere zorgverleners, en heeft aandacht voor zijn omgeving.
Op welke rechten heb jij als patiënt?
Een kwaliteitsvolle dienstverlening
Elke patiënt heeft recht op de best mogelijke zorg met de beschikbare medische kennis en technologie, met respect voor de menselijke waardigheid en de autonomie van de patiënt, ongeacht sociale klasse, nationaliteit, inkomen, morele, culturele en religieuze waarden.
Een vrije keuze van zorgverlener
De patiënt kan zijn zorgverlener vrij kiezen en kan deze keuze te allen tijde wijzigen. De patiënt kan ook altijd een tweede advies – ook gekend als een second opinion – inwinnen zonder dat dit zijn relatie met de hoofdzorgverlener verbreekt.
Het recht op vrije keuze is echter beperkt: de vrije keuze wordt soms gestuurd door financiële, wettelijke en statutaire richtlijnen.
Financieel: een vermindering van het remgeld voor patiënten die een Globaal Medisch Dossier hebben bij de huisarts. Dit dient om de patiënt te binden aan een vaste huisarts.
Wettelijk: het Fonds voor Arbeidsongevallen, een MUG-arts of een controlearts van het ziekenfonds. De patiënt kan niet vrij kiezen welke arts hij raadpleegt.
Statutair: er is een onderscheid tussen geconventioneerde en niet geconventioneerde artsen. Laatstgenoemden kunnen supplementen aanrekenen bovenop het wettelijk tarief.
Een vrije keuze
Deel jouw verwachtingen en ervaringen met jouw zorgverlener, zet vragen op papier vòòr het bezoek aan de zorgverlener, durf vragen te stellen, maak notities of neem iemand mee naar een consultatie. De patiënt heeft namelijk recht op alle informatie over zijn of haar gezondheidstoestand, zoals de diagnose en de vermoedelijke evolutie ervan. De informatie moet in een duidelijke en begrijpelijke taal worden gegeven.
Elke patiënt heeft het recht om ‘niet te weten’, behalve wanneer dit een ernstig gevaar met zich meebrengt (zoals bijvoorbeeld het niet meedelen van een besmettelijke ziekte). De zorgverlener dient in dit geval wel overleg te plegen met een collega-zorgverlener en de vertrouwenspersoon van de patiënt te raadplegen. Het niet meedelen van informatie is altijd tijdelijk van aard: zodra de patiënt het aan kan, dient de informatie alsnog meegedeeld te worden.
Persoonlijke bescherming van de levenssfeer
Elke zorgverlener, gaande van een arts tot een verpleegkundige of apotheek, is gebonden door het beroepsgeheim. De patiënt heeft recht op respect voor zijn intimiteit en ruimtelijke privacy. Indien je als patiënt het gevoel hebt dat deze rechten niet worden gerespecteerd, haal het dan zeker aan bij jouw zorgverlener.